tussen 60 en 99% volgens de nASCET-meetmethode. Voor alle dui- delijkheid, in Europa wordt een andere methode gehandhaafd, met name de ESCT-methode. De noord-Amerikaanse methode (nAS- CET) vergelijkt de diameter van de gestenoseerde arteria carotis in- terna met de `normale' distale arteria carotis interna. De Europese methode (ECST) vergelijkt de diameter van de stenose van de arteria carotis interna met de veronderstelde diameter van de sinus caroticus. De resultaten van deze drie studies wijzen uit dat een endarterecto- mie in combinatie met een geneesmiddelenbehandeling het risico op een perioperatief CVA of overlijden en op recidief van CVA over een follow-up periode van 3 jaar, relatief ten opzichte van een medicamen- teuze behandeling aleen, verminderde met 31% (6). Deze studies ver- toonden echter een aantal gebreken. Sommige proefpersonen hadden antecedenten van CVA of contralaterale TiA, anderen vertoonden ipsilaterale symptomen ouder dan zes maanden. We kunnen ons dus afvragen of het ging om echt asymptomatische stenosen. Potentiële kandidaten werden niet in de studie opgenomen, in één van de studies vond een hoog percentage cross-overs plaats... uit de resultaten op 5 en 10 jaar van één van de studies blijkt dat het cumulatieve risico op perioperatieve events en een later CVA op 5 jaar 6,9% bedraagt in geval van chirurgie boven op medicatie, en 10,9% in geval van enkel medicatie. Dit is een winst van 4% (7). Op 10 jaar bedroeg het risico respectievelijk 13,4% versus 17,9%, een winst van 4,6%. De geneesmiddelen betroffen voornamelijk antitrombotica en antihypertensiva. Experts zijn van oordeel dat deze resultaten een middelmatige be- wijskwaliteit hebben. Ze voegen eraan toe dat de geneesmiddelen- behandeling die in de eerste jaren van deze studie werd toegediend, niet optimaal was en dat vooral het statinegebruik actueel substantieel hoger ligt. Ze benadrukken dat de resultaten werden verkregen met een operatief risico op CVA of overlijden van minder dan 3%, een streng cijfer. middelenbehandeling, vergeleken met enkel een geneesmiddelenbe- handeling bij patiënten met recent symptomatische carotisstenose (8-10). De studies werden opgenomen in een meta-analyse, die aan- bij patiënten met een vernauwing (nASCET) van 70 tot 90% (11). Het nut van de combinatiebehandeling is minder duidelijk bij patiën- ten met een vernauwing van 50 tot 69%. Chirurgie verhoogt het risico op CVA als de vernauwing kleiner is dan 30% en heeft geen signifi- cant effect voor stenosen van 30% tot 49%. De winst is marginaal bij patiënten met een subocclusieve stenose. De kans dat een endarterectomie winst oplevert boven op een me- dicamenteuze secundaire risicoreductie, is hoger bij mannen ouder dan 75 en wanneer de ingreep wordt uitgevoerd binnen twee weken na het verschijnen van de symptomen. De resultaten die in de studies werden waargenomen, werden verkregen bij patiënten waarvan de algemene toestand bevredigend was en in centra waar het risico op operatieve complicaties lager was dan 7%. Een evaluatie van de prak- tijk lijkt onontbeerlijk. Een Canadese studie wees uit dat het mogelijk als de anatomie van de letsels gunstig is, als het chirurgisch risico op overlijden of invaliderend CVA < 3% is. zes maanden) van 50-69%. salicylzuur, of clopidogrel in geval van intolerantie voor acetylsalicylzuur. |