background image
MEDI-
SfEEr
396
61
29 juni 2012
CAHiER
PRéVEnTiOn
MEDI-
SfEEr
396
61
29 juni 2012
GASTRO
neWs
GASTRO
neWs
Prof. francisco Guarner (Hospital Universitarii V
all d'Hebron, Barcelona)
impact op antigeenpresenterende cellen en T-cellen. Er is
nood aan blootstelling aan zoveel mogelijk bacteriën, maar
tegelijkertijd dienen infecties te worden vermeden. Een ander
interessant trofisch effect tenslotte is hoe de darmflora gedrag
en hersenmaturatie kan beïnvloeden. Sommige gedragsverande-
ringen bij de mens kunnen misschien ook beïnvloed worden
door de initiële kolonisatie.
Darmflora en pathologie
Volgens prof. Guarner dienen een heleboel zaken (zie kader-
stukje) verder te worden onderzocht en beter begrepen, aangezien
de mogelijkheid bestaat dat GiS-bacteriën een effect hebben op
deze aandoeningen.
Prof. Guarner: "Om de impact van de darmflora op de menselijke
gezondheid beter te begrijpen, is het essentieel om hun genetisch
potentieel te bestuderen. Men werkt onder andere aan nieuwe
technologieën voor
gene sequencing en microbioomanalyse door
middel van bio-informatica. Het doel van het Europese MetaHT-
project is om het gehele bacteriële genoom in kaart te brengen
door de identificatie van functies die gelinkt zijn aan de microbiële
genen en de ontwikkeling van instrumenten voor profilering van
de darmflora."
Microbiële genen van de darmflora in kaart
gebracht
Het MetaHT-projectconsortium publiceerde recent de op illu-
mina gebaseerde metagenoomsequencing en de karakterisering
van 3,3 miljoen microbiële genen in stoelgangsstalen van 124 in-
dividuen uit Denemarken en Spanje. De set van genen is meer
dan 150 maal groter dan het humane genoomcomplement, bevat
het merendeel van de prevalente microbiële genen in het betref-
fende cohort en waarschijnlijk een groot deel van de menselijke
microbiële genen. De pool van genen wordt grotendeels gedeeld
tussen de individuen binnen het cohort. Meer dan 99% van de
genen zijn bacterieel, wat betekent dat het gehele cohort tussen
de 1.000 en 1.150 prevalente bacteriële soorten bevat en elk in-
dividu zo'n 160 verschillende soorten, die eveneens grotendeels
gedeeld zijn.
Prof. Guarner: "Het combineren van 22 nieuwe faecale
metagenomen van individuen uit 4 landen stelde de onder-
zoekers in staat om 3 robuuste clusters te identificeren die niet
land- of continentspecifiek zijn. Diezelfde enterotypes werden
vroeger al gevonden in twee grotere cohorten. Dit wijst erop
dat de variatie binnen de darmflora niet continu is en veronder-
stelt het bestaan van een beperkt aantal evenwichtige gastheer-
microbiële symbiosestatussen die verschillend reageren op
inname van voeding en geneesmiddelen. De enterotypes zijn
meestal bepaald door de samenstelling van de soorten, maar de
uitgebreide moleculaire functies worden niet noodzakelijk ver-
vuld door een uitgebreid aantal soorten. Op dit moment wordt
het MetaHT-instrumentarium voor analyse van de darmflora
voornamelijk gebruikt voor onderzoek in twee aandoeningen,
obesitas en IBS."
Het doel van het Europese
MetaHT-project is om het gehele
bacteriële genoom in kaart te
brengen door de identificatie
van functies die gelinkt zijn
aan de microbiële genen en de
ontwikkeling van instrumenten
voor profilering van de darmflora.
Microbiota dysfunctie en ziekte
- infectieuze en antibiotica-geïnduceerde diarree
- Septische complicaties: MOF, diverticulitis, appendicitis
- Functionele stoornissen: constipatie, opgeblazen gevoel,
iBS
- Obesitas, type 2-diabetes en metaboolsyndroom
- Atopie, iBD, sommige auto-immuunaandoeningen (?)
- Colonkanker
- Angst, autisme (?)