background image
De Specialistenkrant
12-3
4 juli 2012
www.jds-sk.be/nl
4
I
D
e grote hervorming in de cardiologie die
Rudy Demotte in 2004 wilde doorvoeren,
verplichtte de ziekenhuizen om steeds de
drie deelprogramma's B1 (diagnostische corona-
rografie), B2 (interventionele coronarografie) en
B3 (cardiochirurgie) aan te bieden. Dat had als
gevolg dat negentien centra die enkel B1 in het
zorgaanbod hadden ­ vijftien in Wallonië en vier in
Vlaanderen ­ theoretisch de deuren hadden moe-
ten sluiten op 1 januari 2007. Dit KB leverde een
spervuur van protest op van bepaalde centra die
zich bedreigd voelden.
De nieuwe hervorming van Onkelinx is gebaseerd
op de oprichting van netwerken voor cardiale pa-
thologie. Deze netwerken moeten in een bepaald
gebied een zorgcircuit aanbieden aan patiënten
met een cardiale pathologie (acuut myocardinfarct
met ST-elevatie) en dat in het kader van een "in-
stellingsoverschrijdend juridisch geformaliseerde
samenwerkingsovereenkomst".
De modaliteiten van de werking van het netwerk
cardiale pathologie zijn gedefinieerd in het nieuwe
besluit.
Verplichte samenwerking
De normen voor de zorgprogramma's `cardiale pa-
thologie' worden aangepast. De zorgprogramma's
A en B moeten deel uitmaken van een netwerk. De
nieuwe wetgeving legt tevens op een coördinator
aan te stellen en een overlegorgaan op te richten
in elk netwerk.
Het college van artsen voor het zorgprogramma
`cardiale pathologie' moet het ziekenhuis onder-
steunen bij de uitwerking en de aanpassing van
het "multidisciplinair cardiologisch kwaliteitshand-
boek". Deze handboeken, geschreven door artsen
en verpleegkundigen van het zorgprogramma,
worden op regelmatige tijdstippen geëvalueerd en
eventueel aangepast conform de stand van de we-
tenschap. Ze moeten door de verschillende centra
opgevolgd worden.
Nieuwe normen voor de minimale activiteit, de
uitrusting en de omkadering worden voor de ver-
schillende programma's vastgelegd. Het zorgpro-
gramma A richt zich voortaan op de nazorg en de
revalidatie van patiënten met een cardiale proble-
matiek. Het zorgprogramma moet beschikken over
de mogelijkheden tot ambulante behandeling voor
de opvolging van patiënten met een chronische
cardiale pathologie. Dat moet gebeuren in overleg
met de eerste lijn. Verder moet het beschikken
over de mogelijkheid om op elk ogenblik patiënten
met een acuut myocardinfarct met ST-elevatie
(STEMI-infarct) zo snel mogelijk, eventueel met
interventie van een arts of een MUG, over te
brengen naar een zorgprogramma B of eventueel
naar de deelprogramma's B1 en B2, volgens de
modaliteiten opgenomen in het multidisciplinair
cardiologisch handboek.
Een ziekenhuis met een zorgprogramma B moet
minstens 250 chirurgische interventies en 400 pres-
taties in interventionele hartcatheterisatie uitvoe-
ren in de loop van het afgelopen jaar of als jaarlijks
gemiddelde van de afgelopen drie jaar. Het moet
tevens beschikken over een laboratorium voor hart-
catheterisatie met minstens twee angiografische
zalen uitgerust met flatpaneldetectoren; over min-
stens twee operatiezalen waarvan één voor hybride
gebruik en waarvan er steeds één is voorbereid voor
dringende ingrepen; over ICT-faciliteiten voor data-
transmissie en teleconferentie zodat overleg tussen
de medische equipes in het kader van het netwerk
mogelijk is. Het zorgprogramma B dient zo te wor-
den georganiseerd dat bij patiënten met een acuut
myocardinfarct met ST-elevatie op het elektrocar-
diogram (STEMI-infarcten) binnen de 30 minuten
dat zij in het ziekenhuis zijn opgenomen, een coro-
narografie en een percutane coronaire interventie
(PCI) kan worden uitgevoerd.
De nieuwe wetgeving voorziet in de mogelijkheid
tot opening van deelprogramma's B1 en B2 op
afzonderlijke sites, op voorwaarde dat dit gebeurt
in het kader van een associatie met een ziekenhuis
dat beschikt over een globaal zorgprogramma
`cardiale pathologie' B.
Vincent Claes
JS0080N
HERVORMING VAN DE ZORGPROGRAMMA'S CARDIALE PATHOLOGIE
Het einde van een echte saga
Het Belgisch Staatsblad van 15 juni publiceerde vier Koninklijke Besluiten
in verband met de zorgprogramma's cardiale pathologie. Deze besluiten
traden in voege op 25 juni. Ter herinnering: het Koninklijk Besluit van 15 juli
2004 dat de normen vastlegt voor het zorgprogramma `cardiale pathologie'
werd al driemaal gewijzigd in 2006 en 2007. Deze "amendementen" werden
telkens aangevochten bij de Raad van State, onder meer door het Centre
hospitalier chrétien in Luik en door twee ziekenhuiskoepels, Santhea en
Afis. De besluiten werden opgeschort of geheel of gedeeltelijk geannuleerd.
Ditmaal lijkt de hervorming, een werkstuk van het kabinet Onkelinx, beter
stand te houden.
UW SOCIO-PROFESSIONELE ACTUALITEIT
JS0080BN
Prof. Legrand vindt één
van de grote voordelen
van de hervorming dat ze
op nationaal vlak toe te
passen is.
"D
e nood was hoog om dit uiterst gecompliceerde vraagstuk aan te pak-
ken. Sinds 1999 hebben verschillende ministers de tanden stuk-
gebeten op de hervorming van de cardiologie. De nieuwe tekst is
redelijk. Het gaat om een echt compromis tussen de verschillende voorstellen die
vooraf gelanceerd werden. Hij houdt rekening met de gevoeligheden van de ver-
schillende actoren, wat erg belangrijk is in deze sector", becommentarieert de voor-
zitter van de Belgian Society of Cardiology de nieuwe wetgeving.
Prof. Legrand vindt één van de grote voordelen van de hervorming dat ze op na-
tionaal vlak toe te passen is. "Dat is moeilijk omdat de manier waarop cardiale
pathologie aangepakt wordt, verschilt in Brussel, Vlaanderen en Wallonië. Er bestaan
ook grote verschillen in de uitrusting van de ziekenhuizen. Men moet uiteraard ook
rekening houden met de verschillende lobbygroepen, medisch-wetenschappelijk en
vanuit de ziekenhuizen. Die hebben niet noodzakelijk dezelfde visie op de evolutie van
het systeem. Zoals bij elk compromis zijn er maatregelen die één groep plezier doen,
en een andere niet."
Het diensthoofd van het centrum voor hartkatheterisatie van het CHU Luik is op-
getogen over de uitwerking van een `multidisciplinair cardiologisch kwaliteitshand-
boek'. "Dat komt er op verzoek van het college van artsen voor het zorgprogramma
`cardiale pathologie' en van de
Belgian Society for Cardiology. We dringen er op aan
dat alle betrokken diensten de wetenschappelijke aanbevelingen opvolgen. We willen
dat wanneer de toepassing van de nieuwe wet een verhoging van het aantal centra
met zich meebrengt ­ wat onvermijdelijk is ­ deze uitbreiding zich niet voordoet ten
koste van de kwaliteit. Dankzij het handboek, de werking in een netwerk en het toe-
zicht van het college van artsen kunnen we efficiëntie en kwaliteit van zorg garande-
ren. Het college zal een memorandum opstellen waarop alle centra zich kunnen base-
ren. Elk netwerk staat echter vrij het document aan te passen in functie van de lokale
kenmerken. Dat document moet,
in fine, door het college goedgekeurd worden."
V.C.
REACTIE
Prof. Legrand:
"Men
moest de kwadratuur
van de cirkel oplossen"
Van prof. Victor Legrand, voorzitter van de Belgian Society of
Cardiology
, krijgt de nieuwe hervorming het etiket `goed en
evenwichtig compromis' opgeplakt.
De nieuwe hervorming van
Onkelinx is gebaseerd op de
oprichting van netwerken voor
cardiale pathologie. Deze
netwerken moeten in een
bepaald gebied een zorgcircuit
aanbieden aan patiënten
met een cardiale pathologie
en dat in het kader van een
"instellingsoverschrijdend
juridisch geformaliseerde
samenwerkingsovereenkomst".