background image
De Specialistenkrant
12-2
13 juni 2012
www.jds-sk.be/nl
2
I
E
xact één jaar geleden publiceerde het
Federaal kenniscentrum (KCE) een rap-
port waaruit bleek dat de uitgaven voor
zuurstoftherapie de pan uitswingen. Het ont-
lokte de persverantwoordelijke van het KCE
de opmerking dat de "stijging van de kosten
van zuurstoftherapie het budget van gezond-
heidszorg naar adem doet happen"
. Dr. Jan
Lamont, voorzitter van de Beroepsvereniging
voor Belgische Longartsen, ontkent niet dat
er een probleem was en dat de uitgaven sterk
stegen. "Het probleem situeerde zich echter
niet bij de longartsen. Met de zuurstof die wij
onze patiënten binnen de conventie voorschrij-
ven, was er geen probleem. De patiënt is er
mee geholpen en leeft langer. En dat alles
binnen de budgettaire perken."
Ook het KCE wijst er in zijn rapport op dat
het probleem niet bij de longartsen ligt. "In
België wordt zuurstoftherapie volledig te-
rugbetaald door de ziekteverzekering. Deze
terugbetaling wordt op twee verschillende
manieren geregeld. Enerzijds zijn er een aantal
overeenkomsten tussen het Riziv en individuele
revalidatiecentra. Anderzijds is er het globaal
akkoord tussen apothekers en ziekenfondsen.
Bij de overeenkomsten met de revalidatiecen-
tra gelden bepaalde voorwaarden voor de te-
rugbetaling, en deze hebben alleen betrekking
op langdurige behandelingen. De regeling via
de apothekers is veel soepeler en maakt dit on-
derscheid niet. Er is dus geen eenvormig beleid,
en het uiteindelijke resultaat is dat de therapie
in België kan worden voorgeschreven door elke
arts, voor elke aandoening, en dat ze aan elke
patiënt wordt terugbetaald, zonder remgeld"
,
stelde het Federaal Kenniscentrum vast.
Intensieve onderhandelingen
Begin dit jaar besliste het Riziv daarom de te-
rugbetaling van medicatiezuurstof grondig te
herbekijken. "In een eerste voorstel werd zo-
wat alles overboord gegooid"
, stelt dr. Lamont
vast. "De ontsporingen, maar ook de goede za-
ken. Dankzij intensieve onderhandelingen met
het Riziv en de ziekenfondsen kon een geza-
menlijke werkgroep van de Beroepsvereniging
en de Wetenschappelijke vereniging verkrijgen
dat de conventie met de longartsen behouden
bleef. Ze wordt wel gemoderniseerd. Het
akkoord dat we bereikten, is ondertussen
goedgekeurd door het Verzekeringscomité."
Het Riziv deelde eind mei mee dat de tekst
van het Koninklijk Besluit van 17 mei 2012
eerstdaags in het Belgisch Staatsblad zal
verschijnen. Daarmee komt een einde aan
de onduidelijkheid over de datum waarop
de regeling in voege treedt. Eerder waren als
streefdata 1 mei en 1 juni vooropgesteld,
maar daarop volgde er steeds uitstel. Dat de
periode van onduidelijkheid voorbij is, stemt
dr. Lamont tevreden. "De longartsen werden de
laatste weken overrompeld door patiënten uit
het thuiscircuit die uit de boot zullen vallen met
de nieuwe regeling omdat zuurstoftherapie bij
hen niet geïndiceerd is. Dat is geen
prettige boodschap, die steeds veel tijd in
beslag nam."
Onderscheid
Wat verandert er concreet op 1 juli? In de
eerste plaats wordt er een onderscheid ge-
maakt tussen kortetermijnbehandelingen en
chronische behandelingen. Een behandeling
op korte termijn kan opgestart worden door
een huisarts of een specialist en dat via een
officina-apotheker. De chronische behande-
ling is voorbehouden aan de diensten pneu-
mologie of pediatrie van een ziekenhuis.
De terugbetaling van gasvormige zuurstof
wordt opgenomen in hoofdstuk IV. Er is een
voorafgaande machtiging van de adviserend
arts van het ziekenfonds nodig voor de kort-
durende behandeling van acute hypoxemie
en bij clusterhoofdpijn. Bij palliatieve
patiënten moet de derdebetalersregeling
vermeld worden. Voor de terugbetaling van
een oxyconcentrator moet bij een kort-
durende behandeling eveneens een vooraf-
gaande machtiging verkregen worden bij de
adviserend arts. Ook hier moet de regeling
derde betaler vermeld worden bij palliatieve
JS0054N
Oxygenotherapie: longartsen
tevreden over nieuwe conventie
Nadat de invoering eerder al tweemaal werd uitgesteld, treedt op 1 juli de nieuwe regeling rond de
terugbetaling van zuurstoftherapie in werking. Dat wordt bevestigd door het Riziv. De longartsen, die
hun centrale plaats als voorschrijver en begeleider versterken, zijn alvast globaal tevreden met de
nieuwe regeling.
UW SOCIO-PROFESSIONELE ACTUALITEIT
DE VEERTIENDAAGSE GRAFIEK
Bruto-inkomsten min inhoudingen
(GHIMD)* per specialisme en
gemiddelde van het teruggavetarief
Specialisme
GHIMD* met
supplement
GHIMD zonder
supplementen
Teruggavetarief
(buiten de supplementen)
Cardiologie
249.220
216.669
49%
Gastro-enterologie
235.389
211.171
40%
Pneumologie
179.326
169.449
37%
Neurologie
157.536
151.096
40%
Psychiatrie
174.879
167.781
27%
Pediatrie
179.461
148.158
26%
Geriatrie
187.606
170.921
25%
Oncologie
179.100
172.886
13%
Anesthesie
279.551
212.546
21%
Algemene chirurgie
235.835
175.038
32%
Neurochirurgie
315.796
246.534
20%
Plastische chirurgie
231.078
165.514
22%
Gynaecologie
199.432
147.833
31%
Oogheelkunde
271.857
246.900
26%
KNO
220.804
196.632
27%
Urologie
221.658
174.319
28%
Orthopedie
262.638
195.082
31%
Stomatologie
289.839
250.095
29%
Klinische biologie
355.103
345.730
82%
Anatomopathologie
253.040
220.698
58%
Radiologie
338.378
298.465
65%
Nucleaire geneeskunde
236.891
219.481
69%
Spoedgeneeskunde
189.881
189.045
23%
Intensieve zorgen
254.174
249.701
25%
Nefrologie
425.505
415.660
60%
* Gross hospital income minus deductions: Gemiddelde brutoziekenhuisinkomsten min inhoudingen voor Belgische artsen. De overzichtstabellen voor artsen
werkzaam in Wallonië en Brussel zijn beschikbaar op onze website: www.jds-sk.be
Het bruto-inkomen van de ziekenhuisarts stemt overeen met de som van de in rekening gebrachte honoraria voor verleende diensten, op basis van de Riziv-
nomenclatuur of van een pseudo-nomenclatuur eigen aan het ziekenhuis; op basis van de permanentie-, beschikbaarheids- en wachthonoraria; van het aandeel
van de artsen in vergoedingen toegekend aan het ziekenhuis voor Riziv-conventies; van de forfaits toegestaan in de medische beeldvorming en de klinische
biologie en op basis van alle andere inkomsten, met inbegrip van de honorariumsupplementen.
"De longartsen behouden en
versterken hun rol als voor-
schrijver en begeleider."
Jan Lamont:
`Dankzij intensieve onderhandelingen met het Riziv en de ziekenfondsen
kon een gezamenlijke werkgroep van de Beroepsvereniging en de Wetenschappelijke
vereniging verkrijgen dat de conventie met de longartsen behouden bleef'.