background image
De Specialistenkrant
12-2
13 juni 2012
www.jds-sk.be/nl
28
I
Meer ambulante 24 uur-
monitoring in de toekomst?
De Britse aanbevelingen, waarvan een geüp-
datete versie is gepubliceerd in 2011 (1), wer-
den door verschillende sprekers aangehaald.
Ambulante meting van de bloeddruk gedu-
rende 24 uur neemt een steeds belangrijkere
plaats in de klinische strategie in. De experts
uit Groot-Brittannië zijn van mening dat
wanneer op consultatie een bloeddruk van
140/90mmHg of hoger wordt gemeten, een
tweede meting moet plaatsvinden voordat
de patiënt het kabinet verlaat. Zodra zowel
de eerste meting als de tweede meting hoger
is dan 140/90mmHg moet aan de patiënt
een ambulante 24u-bloeddrukmeting worden
voorgesteld om de diagnose `hypertensie' te
bevestigen.
Bij een gemiddelde bloeddruk overdag lager
dan 135/85mmHg is een jaarlijkse controle
gewenst. Als deze parameter hoger dan of
gelijk aan 135/85mmHg is, lijdt de patiënt aan
hypertensie en zou een farmacologische be-
handeling moeten worden overwogen (should
be considered
). Als de bloeddrukwaarden hoger
dan of gelijk aan 150/95mmHg zijn, zou een
farmacologische behandeling moeten worden
aangeboden (should be offered).
Variabiliteit van de bloeddruk
Dankzij de ambulante 24u-monitoring kan ook
het cardiovasculaire risico beter worden inge-
schat: er is namelijk een verband vastgesteld
tussen de variabiliteit van de bloeddruk en
het risico op cardiovasculaire gebeurtenissen.
Tegenwoordig wordt aanvullend onderzoek
gedaan om de impact van de verschillende
geneesmiddelenbehandelingen op die varia-
biliteit te evalueren. Volgens de gegevens van
NICE zouden calciumantagonisten in dit kader
nuttig kunnen zijn. Oudere hypertensiepatiën-
ten hebben de meeste kans op een verhoogde
variabiliteit van de systolische bloeddruk. De
opinie van de Engelse experts, die de calci-
umantagonisten al als voorkeursbehandeling
bij personen ouder dan 55 jaar beschouwden
(Figuur 1), wordt hierdoor ondersteund.
Bloeddrukstreefwaarde, niets
nieuws onder de zon
De streefwaarde voor de bloeddruk ligt onder
140/90mmHg bij patiënten jonger dan 80
jaar en onder 150/90mmHg bij patiënten
vanaf 80 jaar.
Combinatiebehandelingen zijn in
Inhibitoren van het renine-angiotensinesys-
teem vormen de hoeksteen van de behande-
ling. Specialisten rechtvaardigen de voorkeur
voor de combinatie renine-angiotensine-inhi-
bitor en calciumantagonist als tweede stap in
de behandeling, voornamelijk op basis van de
resultaten van de ACCOMPLISH-studie (2).
Als het behandelingsschema ook een diure-
ticum vereist, verdient echter indapamide of
chloortalidone (Figuur 1) de voorkeur boven
een hydrochloorthiazide. De reden is dat de
grote outcome studies voornamelijk met de
2 eerst genoemde diuretica gebeurd zijn, en
V1672N
JAARLIJKS CONGRES VAN DE EUROPEAN SOCIETY OF HYPERTENSION, LONDEN, APRIL 2012
Hypertensie:
Welke richting gaat het
onderzoek uit?
Op het jaarlijkse congres van de ESH kwamen de recentste aanbeve-
lingen op het vlak van diagnostische en therapeutische aanpak aan
bod. Maar op het programma stonden ook meer specifieke thema's
over de richting die de verschillende onderzoekspistes uitgaan: ge-
netica, de verbanden tussen elektrolytenstoornissen en hypertensie,
de hypothalamus als kruispunt tussen hypertensie en zwaarlijvig-
heid, de rol van de syncytiotrofoblast in pre-eclampsie of die van
T-lymfocyten in aldosterone-geïnduceerde hypertensie.
MEDISCH & WETENSCHAPPELIJK NIEUWS
Aged
< 55y
Aged > 55y
or black pts
of any age*
A
C
A + C
A + C + D
Step 1
Step 2
Step 3
Step 4
Add further diuretic or a- or
ß-blocker
Consider seeking expert
advice
A ­ ACE inhibitor or low-cost
ARB
C ­ Calcium channel blocker
D ­ Thiazide-like diuretic
(indapamide or chlorthalidone)
* of African or Caribbean origin
Figuur 1: Therapeutisch model voorgesteld door de British Hypertension Society en het National Institute for Health and
Clinical Experience
.