populaties. De aanbevelingen van het Institute of Medicine hebben betrekking op de totale (gezonde) populatie, terwijl de Endocrine Society patiënten viseert. De aanbevolen dagelijkse hoeveelheden die de Hoge Gezondheidsraad in België voorstelt, zijn weergegeven in voorafgaande tabel (Tabel 1) (19). bevelingen. Het heeft geen zin om de algemene bevolking te screenen met vitamine D-bepalingen. Het is nuttig het Amerikaanse Institute of Medicine te volgen en te streven naar dagelijkse inname van 600 IE in de groep van 1 tot 70 jaar. De dagelijkse innames in België bedragen echter momenteel niet meer dan 100 tot 150 IE/dag. Ter compen- satie kan geringe suppletie voorgesteld worden, zonder biologische controle. aangewezen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij chronische nierziektes, osteoporose, hyper- en hypoparathyroïdie, ziekte van Crohn, inflammatoire darmziekten, darm- bypass, obesitas, hypertensie, diabetes, kanker, inname van bepaalde geneesmiddelen (anti-epileptica, ketoconazol, hiv-remmers, aromataseremmers)... toond van vitamine D wanneer ermee een concentratie van 25(OH)-vitamine D tussen 75 en 150 nmol/l bereikt wordt. Dit kan meestal door 50.000 IE per maand toe te voegen. Om dit te controleren dient na drie tot vier maanden de concentratie van 25(OH)-vitamine D bepaald te worden, wat ook eventuele malabsorptie of problemen met thera- pietrouw kan opsporen. Aanpassen van de dosis tot meer dan 75nmol/l bereikt wordt, kan dan gebeuren. Controle na 12 tot 18 maanden is aangewezen. met 25(OH)-vitamine D eigenlijk niet de verkeerde marker gebruiken. Die vraag komt er na de waarneming van lage concentraties van 25(OH)-vitamine D bij Amerikanen van traties van vitamine D-bindend proteïne op samen met een verschillend genetisch polymorfisme van vitamine D-bindend proteïne, zodat de concentraties van bio- logisch beschikbaar 25(OH)-vitamine D bij blanke en zwarte Amerikanen uiteindelijk niet nood zakelijk vers- chillend zijn (20). bole botziekten, UZ Gent) definieerde de kenmerken van osteonecrose van de kaak en gaf aanbevelingen over com- municatie, preventie en behandeling van osteonecrose van de kaak. een blootliggend bot te zien is in de mond. Kaaknecrose is vaak geassocieerd met tand- of kaakingrepen, doch kan ook zelden spontaan ontstaan. Er mag daarbij geen aantoonbare heling aanwezig zijn acht weken na correcte evaluatie en tandzorg. Ook is er geen aantoonbare meta- statische ziekte in de kaak, of is er geen osteoradionecrose aanwezig. deeld, van asymptomatisch voor graad 1, over mild, matig en ernstig voor graad 4. Ook de grootte van het letsels wordt in vier graden beoordeeld. Voor graad 1 is die kleiner dan 0,5cm en die loopt per graad op naar 0,5 tot 0,99cm, naar 1 tot 2cm en naar meer dan 2cm. Elke graad kan nog eens onderverdeeld worden in A of B, naargelang er één of meerdere letsels zijn. van osteonecrose van de kaak. Meestal zijn die slechts in geringe mate door evidentie ondersteund. |