en chondroïtinesulFaat te geBruiken Bij de Behandeling van artrose Dienst kinesitherapie en functionele revalidatie, hôpital Princesse Paola, marche-en-Famenne H E u m T o aandoening van de gewrichten die wordt gekenmerkt door een geleidelijk verlies van gewrichtskraakbeen. Daarna werd gesteld dat alle articulaire en periarticulaire weefsels een rol spelen bij de pathofysiologie van artrose. Het is inderdaad bewezen dat synovitis en subchondrale sclerose een rol spelen. Onlangs heeft artrose het etiket van `meta- bole ziekte' gekregen (1, 2). Er werd inderdaad een correla- tie aangetoond tussen de klinische ernst van artrose van de handen en obesitas. Het vetweefsel van zwaarlijvige patiën- ten scheidt pro-inflammatoire cytokines af zoals TNF-alfa en IL-6 en adipokines zoals leptine, adiponectine en visfa- tine. Die cytokines oefenen een schadelijk effect uit op de gewrichtsweefsels. Bij zwaarlijvigen hangt artrose samen nenten ervan (hypertensie, dyslipidemie, type 2-diabetes). De mogelijke link tussen het metaboolsyndroom en artrose is een chronische systemische ontsteking die gekenmerkt wordt door abnormale bloedspiegels van reactieve zuur- stofspecies, geoxideerde LDL-partikels, lipidenmediatoren en adipokines. bij ouderen. Men kan er helaas niet van genezen en vaak moet een gewrichtsprothese worden geplaatst. De symp- tomen van artrose worden behandeld met een combinatie van geneesmiddelen en niet-farmacologische parameters (vooral vermageren en fysieke oefeningen om de spier- functie op peil te houden en de vetmassa te verminde- ren). De medicamenteuze behandeling bestaat vooral tie van de gewrichtsweefsels te vrijwaren. Glucosamine en chondroïtinesulfaat worden al dan niet in combinatie op grote schaal gebruikt bij de behandeling van gonartrose en coxartrose. De werkingsmechanismen van die geneesmiddelen zijn bekend. Meerdere kli- nische studies hebben aangetoond dat ze een gunstig effect hebben op de symptomen en de gewrichtsspleetvernauwing bij röntgenonderzoek. Desondanks zijn de experts en de voorschrijvende artsen sceptisch. Dat scepticisme kan toegeschreven worden aan een slechte kennis van de geneesmiddelen, aan het hoge percentage mislukking van de be- handeling als gevolg van een veralgemeend gebruik, aan de commercialisering van niet- gecontroleerde formules en aan tegenstrijdige klinische resultaten. In dit artikel halen we een reeks argumenten aan die pleiten voor het gebruik van deze geneesmiddelen bij de behandeling van bepaalde vormen van artrose. |