background image
19
l
Neuron
·
Vol 19
·
Nr 1
·
2014
arteria basilaris na i.v. trombolyse niet ho-
ger is dan 5% en ongeveer slechts 25-30%
bedraagt in geval van een proximale oc-
clusie van de arteria cerebri media (M1 tot
M3) (4-6). De efficiëntie van trombolyse
correleert ook met het percentage rekana-
lisatie, zoals de RECANALISE-studie heeft
aangetoond in 2009 (7). In klinische stu-
dies met een combinatie van i.v. en intra-
arteriële trombolyse bij occlusie van de
arteria cerebri media kon een hoger
percentage kanalisatie worden verkregen
(50-60%), wat gepaard ging met een
tendens tot klinische verbetering (8).
De eerste studies met mechanische
trombectomie werden uitgevoerd in
2003 en 2005 met Merci-materiaal. In
die studies werd een rekanalisatie van
ongeveer 65% verkregen met eveneens
een betere klinische evolutie van de pa-
tiënten (9-12). De techniek werd door de
FDA in de Verenigde Staten goedgekeurd
in 2005. Dankzij een verbetering van het
trombectomiemateriaal en de retractiele
stents (`Penumbra', daarna `Solitaire' en
`Trevo') kon een rekanalisatie worden
behaald van ongeveer 80% met een kli-
nisch gunstige evolutie bij bijna 70%
van de patiënten in de reeksen die tussen
2010 en 2012 werden gepubliceerd. De
IMSIII-studie die in 2013 werd gepubli-
ceerd, vergeleek i.v. trombolyse met een
partiële i.v. trombolyse gevolgd door
trombectomie bij patiënten met een is-
chemisch CVA die binnen 3 uur in het
ziekenhuis waren opgenomen. Er werd
geen statistisch significant verschil in kli-
nische evolutie waargenomen (13).
Om na te gaan welke patiënten het mees-
te baat hebben bij een trombectomie na
een CVA, hebben we sinds augustus
2011 in het Centre Hospitalier Chrétien
de Liège
in samenwerking met andere
ziekenhuizen (CHR de la Citadelle in
Luik, CHR de Huy, CH du Bois de
l'Abbaye
in Seraing) een prospectief ob-
servationeel protocol op touw gezet. Het
is onze bedoeling de klinische evolutie
van patiënten met een ischemisch CVA
als gevolg van een proximale occlusie
van de arteria cerebri media of een dis-
tale occlusie van de arteria carotis inter-
na
bij wie een i.v. trombolyse (gevolgd
door een trombectomie)
wordt uitge-
voerd, te vergelijken met een historische
`controlepopulatie' van patiënten die
voor 2011 werden behandeld met intra-
veneuze trombolyse met een persiste-
rende proximale occlusie na trombolyse.
De eerste resultaten betreffende 25 con-
secutieve patiënten bij wie een trombec-
tomie werd uitgevoerd na i.v. trombolyse,
werden in postervorm gepresenteerd op
het Wereldcongres voor neurologie dat in
september 2013 plaatvond in Wenen.
Om 1 CVA te redden (score van Rankin = 0,1 of 2), moet men trombolyses
uitvoeren met een interval:
van 3 patiënten....... op 1,5 uur
van 6 patiënten......op 3 uur
van 14 patiënten...... op 4,5 uur
Time is brain!
E ciëntie i.v. trombolyse
Tabel 1: Efficiëntie van intraveneuze trombolyse volgens de snelheid van toediening.
Figuur 1: Angio-CT-scan: proximale
trombose van de arteria cerebri media.
Figuur 2: De `stop' in de arteria cerebri
media is goed te zien op de angiografische
sequenties die voor de trombectomie
werden uitgevoerd.
Figuur 3: Mooie rekanalisatie na
trombectomie (angiografische
sequenties).
Als er op het einde van de
trombolyse geen klinische
verbetering werd
waargenomen, werd bij de
patiënten met een proximale
occlusie een mechanische
trombectomie met een
Solitaire-stent uitgevoerd
onder algemene anesthesie.