Sanford Guide. Waarom? ties met Neisseria meningitidis sinds 1971. In 2001 detecteerden we de epidemische episode van serotype C en hielpen we bij het opzetten van de systematische vaccinatie- campagne voor kinderen in de drie gemeen- schappen. Met succes, als we de evolutie van de curve bekijken ( mische episode in België is serogroep C de tweede meest voorkomende serogroep, na serogroep B waarvan de incidentie de laatste tijd niet veel veranderd is. goede terreinkennis in dit domein, onlangs gecontacteerd door een ziekenhuis dat op de dienst intensieve verzorging een patiënt behandelde volgens de richtlijn van de San- ford Guide (die aanraadt om die antibiotica te kiezen die het meest geschikt zijn in het kader van veel infectieziekten). Die patiënt evolueerde erg slecht. De Sanford Guide is zowat de bijbel van de antibiotherapie. Als referentiecentrum dragen wij bij tot de op- stelling ervan, door gegevens te leveren over de antibioticaresistentie van verschillende dis. Het is echter de uitgever die de mogelijke impact op therapeutisch vlak interpreteert. Wij hadden een aanzienlijke vermindering van de gevoeligheid van de stammen voor peni- cilline gemeld: bijna 30% van de stammen is vandaag intermediair resistent, wat niet wei- nig is. In de Sanford Guide stond echter dat de stammen met verminderde gevoeligheid in België slechts zelden worden gerapporteerd. Dat kan verwarring zaaien bij de artsen. We hebben met de uitgevers van Sanford contact opgenomen en gevraagd om de aanbevelin- gen in de versie 2012-2013 te wijzigen. voelig voor alle antibiotica. De infectie is dus vrij makkelijk te behandelen. Dat moet echter wel snel gebeuren want de symptomen tre- den snel op: stijve nek, hoge koorts, hevige hoofdpijn, misselijkheid, braken, verwardheid en fotofobie en petechiae als gevolg van de toxines die Neisseria meningitidis vrijgeeft. Gelukkig is de prevalentie in ons land niet zo hoog: 3 gevallen/100.000 inwoners, dat bete- kent zo'n 100 à 150 gevallen/jaar (350 bij de epidemie van 2001). In de landen van de Afri- kaanse gordel daarentegen is de prevalentie veel hoger (70/100.000), vooral in het seizoen van de zandwinden. We vermoeden daarom van de slijmvliezen en de ontwikkeling van de ziekte. In onze regio's doet de epidemiepiek zich altijd voor in de periode van de griep- epidemieën. en welke risico's zijn eraan verbonden? diplokok die rechtstreeks wordt doorgegeven via de luchtwegen. De kiem getuigt echter ook van een hoog asymptomatisch dragerschap (tot 20% in sommige populaties: adolescen- ten en jongvolwassenen). De stammen bij de dragers verschillen overigens van de stam- men bij de zieken, waarschijnlijk omdat die krachtiger zijn. De infecties zijn meestal ge- lokaliseerd, zoals artritis, maar kunnen soms erg invasief zijn en zich uiten door een poten- tieel epidemische meningitis en septikemie. Ze blijven meestal beperkt tot plaatsen met een hoge promiscuïteit (universiteiten, legio- nairs, enz.), zodat epidemieën gelukkig niet zo vaak voorkomen. Septische shocks door me- ningokokken kunnen erg snel optreden en de vorm aannemen van pulpura fulminans (een combinatie van koorts, purpurische vasculaire letsels en septische shock) die in 40% van de gevallen snel fataal is. behandelde patiënten. Ze zijn immers het ge- volg van de aanwezigheid van toxines, die een bloeduitstorting veroorzaken aan de uiteinden van de huidcapillairen. van de gevallen zijn ze fataal en in nog eens 10% hebben ze ernstige gevolgen (neurologi- sche, amputaties). De incidentie is hoger bij jonge kinderen (0 - 4 jaar) en adolescenten (15 - 19 jaar). Eveneens vermeldenswaardig is dat de kost van een geval zeer hoog is (12 tot 14.000 euro/geval of in België meer dan 3 miljoen euro per jaar). Omdat de infectie zo snel evolueert, worden de patiënten immers onmiddellijk opgenomen op de dienst inten- sieve zorgen. cineren. Er bestaan twee soorten vaccins: een tetravalent vaccin tegen de serogroepen A, C, Y en W135 dat vooral is voorbehouden voor volwassenen en mensen die naar het buitenland vertrekken, en het geconjugeerde vaccin tegen serotype C dat wordt toegediend aan kinderen. Naast vaccinatie passen we ook chemoprofylaxe toe met rifampicine. Dat dienen we toe aan de rechtstreekse contac- ten van de patiënt (dus mensen die urenlang op minder dan één meter van de besmette persoon hebben gezeten, bijvoorbeeld de |