Oostende, februari 2012 symptomen in een gevorderd stadium, wanneer er geen curatieve behandeling meer mogelijk is. Daarom is het belangrijk strategieën uit te wer- ken om de mortaliteit te verlagen door preven- tie en door detectie van de letsels in een vroeg stadium. Vaak wordt eerst een echografie uitge- voerd en daarna een multislice-CT-scan of een dynamische mrI. arteriële hypervascularisatie en wash-out van het letsel tijdens de portale fase zijn diagnostische elementen (1). diagnosticeren. Bij kleine tumoren is een zeer snelle acquisitietijd vereist en kan de veneuze fase soms pas zeer laat worden gedetecteerd. 10-20% van de hepatocarcinomen is bovendien fase minder dan het omgevende parenchym om- dat de neoangiogenese nog niet gestart is. Dat is te verklaren door de evolutie van de arteriële bevloeiing bij het ontstaan van een carcinoom in een cirrotische lever (2). De internationale richtlijnen vroegen dan ook een histologische bevestiging, ook al omdat er bij mrI een belang- rijke overlapping bestond van de ogenschijn- lijke diffusiecoëfficiënt volgens de graad, waar- door goedaardige letsels niet konden worden onderscheiden van kwaadaardige (3). of specifieke contrastmiddelen? manieren worden verbeterd", legt prof. Celso matos (uLB) uit: "met een MRI met gewogen dif- fusie en met een MRI met leverspecifieke con- trastmiddelen." met de eerste optie kan de graad van de tumor beter worden geëvalueerd (4) en dat heeft een goede voorspellende waarde voor een vroeg recidief (5). Er wordt echter meer hoop gesteld in het gebruik van specifieke contraststoffen om het contrast te verhogen tussen tumorletsels, die het product niet opnemen, en het normale parenchym om zo de detectie van focale lever- letsels te verbeteren. met die contraststoffen moet het mogelijk worden om kleinere letsels op te sporen dan de letsels die spontaan te zien zijn op de sequenties zonder contraststof of cellulaire producten op basis van gadolinium (niet-leverspecifiek). Dinatriumgadoxetaat is één van die producten. Het verhoogt het signaal op T1-gewogen sequen- ties en verlengt de arteriële fase (6). Gadoxeti- nezuur verhoogt ook het contrast van het lever- parenchym tijdens de hepatocellulaire fase (7). Zo kunnen het aantal, de segmentatie en de aflijning van leverletsels beter in beeld worden gebracht, waardoor ze beter kunnen worden gedetecteerd. Dat komt door de expressie van bepaalde receptoren die de contraststof op- nemen in de hepatocyten (7, 8). Dinatriumga- doxetaat verhoogt vooral de gevoeligheid bij de detectie van tumoren < 1cm (9). "Gezien die vaststellingen", besluit prof. Celso matos, "werd een nieuw algoritme ontwikkeld waarmee in veel gevallen kan worden afgezien van een biopsie (2), wat bijdraagt tot het comfort van de patiënten." huid die kunnen worden opgevangen werkingen op de huid. De gevolgen ervan kun- nen meestal echter sterk worden tegengegaan met een goede preventie en een geschikte be- handeling zodat de dosering van sorafenib niet hoeft te worden verlaagd", zegt prof. Siegfried Segaert (Dermatologie, Ku Leuven). 35% van de patiënten die worden behandeld met sorafenib en 19% van de patiënten die worden behandeld met sunitinib ontwikkelen een hand-voet sieke hand-voet De hand-voethuidreactie bij multikinaserem- mers treft typisch de wrijvings- of drukzones (hielen, metatarsaalkoppen, wrijvingsplaatsen door schoenen of handarbeid...). De hand- voethuidreactie uit zich als scherp begrensde, een congres voor gastro-enterologen, dat zijn we niet gewoon. Maar het is niet onlogisch, gezien het diagnostische belang van beeldvormingsonderzoeken comfort voor de patiënt verhoogt. Logisch ook als we weten dat de bijwerkingen van multikinaseremmers op de huid meestal kunnen worden opgevangen zonder dat de dosering ervan moet worden verlaagd. |