Tevens zagen deze onderzoekers een invloed op het optreden van colitis ulcerosa. Meer recente studies tonen dat IBD geassocieerd is met afwezigheid van borstvoeding, tonsil- lectomie en vaccinaties en infecties op jonge leeftijd (Hansen, 2011). werkt in geval van IBD, maar het is soms moeilijk om patiënten te motiveren. Voeding wordt als therapie niet zoveel gebruikt als men zou willen, ondanks het feit dat de wer- king werd aangetoond en in tegenstelling tot corticosteroiden niet alleen remissie wordt geïnduceerd maar ook mucosale heling wordt verkregen." gebruik gemaakt van seriële stoelgangs- stalen van 9 patiënten met actieve ziekte van Crohn die allemaal enterale voeding kregen gedurende 8 weken en dan overschakelden op partiële voeding. 8 van deze 9 patiënten gingen in remissie. De stoelgang van deze patiënten werd vergeleken met gezonde con- troles aan de hand van seriële stoelgangsana- lyse. Gezonde kinderen hadden een gastheer- specifiek stabiel patroon terwijl de patiëntjes met de ziekte van Crohn veranderingen vertoonden in hun flora na enterale voeding, zelfs wanneer ze maar gedeeltelijk op ente- rale voeding stonden. Dit laatste wordt ook in de klinische praktijk gezien. de effectiviteit van probiotica aangetoond in geval van colitis ulcerosa. Gionchetti toonde dat een onderhoudstherapie met VSL3, een mix van probiotische bacteriën, nuttig was in de behandeling van chronische pouchitis bij volwassen en daarna ook het nut van deze behandeling als profylaxe. Remissie trad ook op bij volwassenen met een actieve vorm van colitis ulcerosa. Door Mieli werd een gelijk- aardige studie uitgevoerd bij kinderen met colitis ulcerosa waarbij inductie en behoud van remissie werd gezien en een studie met Escherichia Coli Nissle, een probioticum dat al redelijk veel werd gebruikt bij volwasse- nen, toonde (behoud van) remissie bij kin- deren en adolescenten met colitis ulcerosa. Zeer recent gebruikte de groep van Cucchiari Lactobacillus Reuterii in rectale enema's bij kinderen met distale colitis ulcerosa waarbij remissie bij endoscopische controle werd vastgesteld. dere meer recente literatuurreview van 2008 geen evidentie bestaat om te suggereren dat probiotica een gunstige invloed zouden heb- ben op het behoud van remissie en zeker niet op de inductie van remissie in geval van ziekte van Crohn. ker een nood bestaat aan goede studies met tieve en silentieuze ziekte. We moeten denken over outcomemetingen, speciaal bij kinderen waar we met groei te maken hebben. Waar- schijnlijk zal het gebruik van probiotica in de toekomst op een adjuvante manier gebeuren, maar op dit moment zijn er geen richtlijnen voor de ziekte van Crohn, terwijl probiotica in geval van colitis ulcerosa zeker kunnen worden overwogen. |