Jo De Cock. De DDD-volumes daarentegen zijn voor hoofdstuk I zeven keer hoger dan voor hoofdstuk VI. We hebben inspanningen geleverd om de administratieve lasten voor de artsen te beperken door de procedures voor `hoofdstuk IV' eenvoudig te houden, aldus nog Jo De Cock. Maar vrij hoge uit- gaven voor sommige geneesmiddelen van `hoofdstuk IV', die 15.000 tot 20.000 euro per jaar per patiënt kosten, houden we nauw- lettend in de gaten. Door controleprocedures uit te werken, willen we het overheidsgeld op een gezonde manier beheren". den verscherpt voor de ambulante genees- kunde. Daarna zullen ze worden uitgebreid tot de ziekenhuizen. De controle betreft vooral de eerste aanvragen, maar ook de aanvragen tot verlenging. Het RIZIV be- nadrukt in de informatiebrochure dat de adviserende geneesheren van de zieken- fondsen "niet de bevoegdheid hebben om van reglementaire bepalingen, gepubliceerd in het Belgisch staatsblad, af te wijken en de sen. Bovendien, preciseert het RIZIV, is de DGEC ermee belast erop toe te zien dat zowel de zorgverleners als de adviserende geneesheren de reglementering naleven." scherpte controles niet vergeten. De zieken- fondsen moeten bij hun leden een informa- tiecampagne voeren om hen te waarschuwen dat de adviserende geneesheren de controle op de naleving van de reglementering bij het voorschrijven van geneesmiddelen van hoofdstuk IV verscherpen. Het uiteindelij- ke doel is een besparing van 20 miljoen, of 0,5% van het begrotingsdoel 2012 voor de farmaceutische uitgaven (4,031 miljard euro in 2012: nvdr). Ter vergelijking: de jaarlijkse kost van de top 10 van de uitgaven voor ge- neesmiddelen van hoofdstuk IV bedraagt 255 miljoen euro. voorschrijven van geneesmiddelen van hoofdstuk IV gebeurt momenteel nog via een papieren formulier dat de patiënt aan zijn ziekenfonds moet bezorgen. Tegen de eerste helft van 2013 wil het RIZIV deze procedure informatiseren. "De voorschrijvende arts kan dan een gestructureerd aanvraagformulier gebruiken in elektronisch formaat. In de meeste gevallen zal het antwoord automatisch worden verstuurd, met monitoring door de adviserende geneesheer van het ziekenfonds, zegt Jo De Cock. De artsen zullen de machtigingen kunnen raadplegen op een server. Aanvankelijk zal voor deze informatisering een webapplicatie worden gebruikt, totdat de software wordt aangepast." |