background image
MEDI-
SfEEr
395
40
14 JUNI 2012
B
ij diabetes type 1 stelt de behandeling zich tot doel om de lus
die de glycemische homeostase regelt te sluiten. Het onder-
zoek in de diabetologie streeft naar een optimaal evenwicht
in de bloedsuikerspiegel om de ontwikkeling van micro- en macro-
angiopathische complicaties uit te stellen en de levenskwaliteit van
de patiënten te verbeteren. Met name ernstige hypoglycemieën, die
bij de behandeling van heel wat diabetespatiënten type 1 een ernstig
probleem vormen, moeten worden vermeden. Zowel op technisch
vlak (injectiepennen, insulinepompen,...) als op farmacologisch vlak
werden al heel wat doorbraken gerealiseerd. Er bestaan nu bijvoor-
beeld snel en traag werkende insulineanalogen die beter zijn aange-
past om de fysiologische insulineafscheiding na te bootsen in een ba-
saal-bolusschema. Ook de glucosemeters zijn steeds beter geworden.
De patiënt kan makkelijker zelf zijn bloedsuikerspiegel controleren en
de insulinedosissen aanpassen volgens de behaalde resultaten. Boven-
dien werd aangetoond dat hoe vaker de bloedsuikerwaarde van het
capillair bloed wordt gecontroleerd, hoe beter het behaalde geglyco-
sileerde hemoglobine is. Tot op heden worden echter slechts enkele
controles uitgevoerd per etmaal en geven ze slechts een onvolkomen
beeld van de bloedsuikercurve. Een van de belangrijkste doelstellin-
gen in het diabetologisch onderzoek was daarom de ontwikkeling van
een betrouwbare technologie die de bloedsuikerspiegel continu meet.
Een pomp voor continue glucoseperfusie
Een insulinepomp is een draagbaar toestel dat continu (ultrasnel
werkende) insuline toedient langs subcutane weg. Ze bestaat uit
een behuizing die de batterijen en het insulinereservoir bevat. Dit
reservoir wordt geactiveerd met een zuiger die de insuline perfuseert
volgens een vooraf ingestelde programmatie. De insuline wordt via
een steriel buisje van variabele lengte geperfuseerd aan een katheter
die in het onderhuidse weefsel van de patiënt, meestal ter hoogte van
de buik, wordt geplaatst. Deze katheter wordt ongeveer om de 3 dagen
vervangen om een goede permeabiliteit te garanderen en septische
problemen te vermijden. De monitor beschikt over een scherm dat
de gegevens van de pomp weergeeft. Hij bevat ook de verschillende
toetsen die nodig zijn om de pomp te bedienen. Zijn werkingsprincipe
steunt op de afgifte van een of meerdere vooraf programmeerbare
basale debieten die de fysiologische basisbehoeften dekken, en van
insulinebolussen om hyperglycemie te vermijden die kan worden
veroorzaakt door de koolhydraten in de maaltijd (
figuur 1).
De basale debieten worden uitgedrukt in insuline-eenheden per
uur en geprogrammeerd naargelang van de behoeften. Niet zelden
heeft de patiënt tijdens een etmaal verschillende debieten nodig.
Met de huidige pompen kunnen in de loop van de dag heel wat
basale debieten worden bereikt. De bolussen, die in verschillende
vormen bestaan, worden uitgedrukt in insuline-eenheden en zijn
insulinehoeveelheden die `snel' worden afgegeven. Een behandeling
met een insulinepomp is in wezen zeer aantrekkelijk: ze vermijdt de
verschillende werkingen van verschillende soorten insuline (er wordt
slechts één, snel of ultrasnel werkende insuline toegediend, zodat
het insulineprofiel beter kan worden voorspeld en gereproduceerd),
de perfusie is continu, sluit beter aan bij een basale afscheiding en
de toedieningsplaats is steeds dezelfde, wat zorgt voor een betere
resorptie van de insuline met variaties van minder dan 3%.
GENEESKUNDE
V1613N
Hoe ver staat het met de
ambulante
externe kunstmatige pancreas
?
Dr. Régis P Radermecker
Dienst Diabetologie, Voedings- en stofwisselingsziekten, Klinische farmacologie, CHU Sart Tilman, ULg, Liège
In de algemene pers verscheen onlangs het bericht dat de eerste externe kunstmatige pancreas met succes
werd getest bij een diabetespatiënt type 1. Dat gebeurde inderdaad eind 2011 in Montpellier, dankzij de
samenwerking tussen ingenieurs, wiskundigen en diabetologen van verschillende universiteiten. Maar
hoever staat het nu eigenlijk met deze techniek?
figuur 1: Willekeurig voorbeeld van een bloedsuikerspiegel
die kan worden beheerst door vooraf geprogrammeerde basale
debieten (volle streepjes) en maaltijdbolussen (stippellijntjes).
Maaltijd Maaltijd Maaltijd
Snel (snel werkende analoog)
Maaltijdbolus
Basisdebiet (variabel)
Bloedsuikerspiegel