hoofde van hun beroep kennis dragen van geheimen die hun zijn toevertrouwd en deze geheimen bekendmaken, kunnen gestraft wor- den met een gevangenisstraf en een geldboete. Worden deze perso- nen opgeroepen om een getuigenis af te leggen of worden zij door de wet verplicht om deze geheimen prijs te geven, dan zal deze sanctie uiteraard geen toepassing vinden. roepsgeheim de arts om feiten bekend te maken die hij rechtstreeks of onrechtstreeks heeft vernomen en die `geheim' zijn, zo ook voor dingen die hem uitdrukkelijk of stilzwijgend worden toevertrouwd tijdens het uitoefenen van zijn beroep. Artikel 458 heeft het over `ge- heimen'; heeft men te maken met materiële feiten die geen enkel ge- heim karakter hebben, dan is de geheimhouding niet van toepassing. schriftelijk gebeuren. Een openbaarheid is dus ook niet vereist. Het gewoon bevestigen van een feit dat al bekend is, kan al wel een schending van het beroepsgeheim met zich meebrengen. een belangrijke uitzondering toegestaan op het beroepsgeheim. Dit houder is van geheimen en die hierdoor kennis heeft van een bepaald misdrijf gepleegd op een minderjarige, kan het misdrijf ter kennis brengen van de procureur des Konings, dit echter op voorwaarde dat hij het slachtoffer heeft onderzocht of door het slachtoffer in vertrou- wen werd genomen, er een ernstig en dreigend gevaar bestaat voor de psychische of fysieke integriteit van de betrokkene en hij deze integriteit zelf of met hulp van anderen niet kan beschermen. dige bepaling op en stelt dat indien de arts vaststelt dat een kind in ernstig gevaar verkeert, de arts onmiddellijk het nodige moet doen om het kind te beschermen. Ook hier bestaat de mogelijkheid om de procureur des Konings in te schakelen. |