background image
ACTUALITéS MéDICALES
MEDI-
SfEEr
395
37
14 JUNI 2012
GENEESKUNDE
Laurent schreef een mooie metafoor voor
deze gezinsfunctie: "Het kind verankert zich
in het gezin zoals een boot in de haven, want
op een dag zal het kind vertrekken om andere
havens op te zoeken, andere ankerpunten,
andere groepen om bij te horen. Met in zijn
geheugen onuitwisbare sporen van die eerste
verankering. Deze sporen zullen hem op zijn
weg begeleiden en hem naar andere havens
brengen, die ­ hoewel hij ze niet kent ­ iets
voldoende vertrouwds zullen moeten hebben
om hem het verlangen te geven er een nacht-
je, enkele dagen of levenslang te blijven".
2. Interactiemodellen van het
psychosomatische gezin
Minucchin (5) onderzocht psychosomati-
sche gezinnen. Hij bracht vier belangrijke
disfuncties aan het licht.
Verstrengeling, overbescherming,
confl ictvermijding en rigiditeit
A.
Verstrengeling
De grenzen tussen de individuen van het
gezin zijn niet erg duidelijk.
Voorbeeld: als je patiënten observeert die in
gezelschap van iemand van het gezin in je
praktijk binnenkomen, zie je soms dat moe-
der en dochter op dezelfde manier gekleed
zijn: dezelfde trui of dezelfde kledingkleur.
Er bestaat verwarring over de functies en
rollen binnen het gezin.
Voorbeeld: een grootmoeder speelt de rol van
moeder, het kind is altijd bij zijn grootouders
behalve in het weekend, wanneer het even-
tueel naar zijn ouders gaat. Het gezin komt
samen met de grootmoeder op consultatie en
zij is diegene die het woord neemt.
Het kind kan ook in de rol van ouder ge-
duwd worden. Dit noemen we het
geparen-
tifi ceerde kind. Dit gebeurt vaak in gezin-
nen waar een alcoholprobleem aanwezig is.
Eén van de kinderen vangt dan de gebreken
of moeilijkheden van de alcoholverslaafde
ouder op. De gezinsleden dringen elkaars
psychische ruimte binnen. Er zijn geen ge-
heimen, er is een soort gemeenschappelijke
`huid' aanwezig, die iedereen deelt.
Voorbeeld: als je een vraag stelt aan een pati-
ent, antwoordt iemand anders.
Soms is er geen persoonlijke eigendom of
zakgeld voor de kinderen. Er is geen per-
soonlijke ruimte.
Voorbeelden: in een gezin met drie meisjes
van ongeveer dezelfde leeftijd, bevat één
kleerkast de kleren van de drie meisjes en
niets is van één van hen specifi ek. In een
ander gezin is de oudste dochter met haar
kinderen terug ingetrokken bij haar ouders,
waar de jongste dochter ook nog woont. De
kleren van de kinderen bevinden zich op een
plaats die je enkel kan bereiken via de kamer
van de jongste dochter.
Met dit soort verstrengeling is er zeer weinig
persoonlijke autonomie en is het heel moei-
lijk om een afzonderlijk individu te worden,
zich te differentiëren, te onderscheiden van
de anderen.
B.
Overbescherming komt tot uiting via een
sterke, wederzijdse bezorgdheid van alle
gezins leden.
Voorbeeld: slecht nieuws wordt niet verteld
aan opa die ziek is `omdat hij dat niet zou
aankunnen'.
C.
Confl ictvermijding. De confl icttoleran-
tiedrempel is zeer laag. Zodra een confl ict
dreigt, probeert een lid van het gezin dit te
sussen.
Ziekte kan het gezin op die manier
beschermen tegen onenigheid.
De patiënt heeft ook
loyauteitsbanden met
zijn gezin.
Voorbeeld: een jonge volwassene begint te
praten over zijn familie en geeft kritiek op
zijn ouders, maar voegt meteen toe: "Het is
niet netjes dat ik slecht praat over mijn ou-
ders. Ze zijn zo lief voor mij."
D.
rigiditeit is de weerstand tegen elke ver-
andering in de regels die binnen het gezin
gelden. Persoonlijke autonomie wordt niet
aangemoedigd en differentiatie- en indi-
vidualiseringsprocessen zijn vaak afwezig.
Het gezin hangt een harmonieus beeld van
zichzelf op, maar dit is een schijnharmonie.
"Er is geen enkel probleem, alleen die ziek-
te."
Dit kan leiden tot een weigering van een
behandeling door een psychotherapeut die
niet is opgeleid in psychosomatiek.
Triangulatie van de
psychosomatische patiënt en zijn
familie
Triangulatie ­ een driehoeksverhouding
­ is een stabielere relatie dan een verhou-
ding tussen twee mensen. Ze kan worden
gevormd door het koppel en hun kind. In
gezonde situaties varieert deze driehoeks-
verhouding.
Voorbeeld: papa en een kind plagen mama
soms, maar soms is het ook mama met dat-
zelfde kind die papa plagen, of de twee kin-
deren die samenspannen.
rigidifi catie (verstijving) van deze drie-
eenheid
kan ontstaan als de ouders vaak
woorden hebben. Ze communiceren enkel
nog via het kind (
figuur 2). En dit kind,
dat in de driehoek vastzit, kan de
geïden-
tifi ceerde patiënt worden, diegene die het
symptoom vertoont dat de onrust in het ge-
zin weerspiegelt.
In andere gevallen is er in het gezin een per-
soon aanwezig waar niemand omheen kan.
Edith Goldbeter (6) spreekt dan van `
tiers
pesant', een allesbepalende derde. Dit is de
permanente derde, die absoluut noodzakelijk
is voor de goede werking van het gezin. Als
deze persoon verdwijnt, kan het gezin niet
langer functioneren en neemt het psychoso-
matische symptoom deze plaats in. Ook de
niet doorgemaakte rouw om een kind kan
deze rol spelen.
Stopzetting van de tijd en
verschijning van de ziekte
In psychosomatische situaties
stopt de tijd.
Het gezin zit vast in een cyclus. Dit systeem,
dat normaal evolueert tussen periodes van
homeostase en verandering, is niet langer
in staat tot transformatie.
Doordat de tijds-
component verdwijnt, verliest het systeem
zijn fundamentele instabiliteit ­ en precies
die instabiliteit verleent het systeem volgens
Prigogine zijn creativiteit. Op dat moment
verschijnt het symptoom. Eén van de ele-
menten in de therapie zal dan ook zijn: de
tijd weer invoeren.
In psychosomatische
situaties stopt de
tijd. Het gezin zit
vast in een cyclus.
Dit systeem, dat
normaal evolueert
tussen periodes
van homeostase en
verandering, is niet
langer in staat tot
transformatie.